1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
AZARGA 10 mg/ml + 5 mg/ml oogdruppels, suspensie
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Eén ml suspensie bevat 10 mg brinzolamide en 5 mg timolol (als timololmaleaat).
Hulpstof met bekend effect
Eén ml suspensie bevat 0,10 mg benzalkoniumchloride.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Oogdruppels, suspensie (oogdruppels)
Witte tot gebroken witte egale suspensie, pH 7.2 (bij benadering).
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Verlaging van de intraoculaire druk (IOD) bij volwassenen met open‑kamerhoekglaucoom of oculaire hypertensie waarbij monotherapie onvoldoende daling van de intraoculaire druk geeft (zie rubriek 5.1).
4.2 Dosering en wijze van toediening
Dosering
Gebruik bij volwassenen, inclusief ouderen
De dosis is één druppel AZARGA in de conjunctivale zak van het (de) aangedane oog (ogen) tweemaal daags.
De systemische absorptie wordt verminderd wanneer nasolacrimale occlusie wordt toegepast of wanneer het ooglid wordt gesloten. Hierdoor kunnen systemische bijwerkingen verminderen en kan de lokale werkzaamheid toenemen (zie rubriek 4.4).
Als een dosis wordt vergeten, dient de behandeling volgens schema voortgezet te worden met de volgende dosis. De dosis mag niet hoger zijn dan tweemaal daags één druppel in het (de) aangedane oog (ogen).
Wanneer een ander oftalmisch geneesmiddel tegen glaucoom wordt vervangen door AZARGA, moet het gebruik van het andere geneesmiddel worden stopgezet en de volgende dag met AZARGA worden begonnen.
Speciale populaties
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van AZARGA bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 tot 18 jaar zijn nog niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Lever- en nierfunctiestoornissen
Er is geen onderzoek verricht met AZARGA of timolol 5 mg/ml oogdruppels bij patiënten met lever‑of nierfunctiestoornissen. Een dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met leverfunctiestoornissen of bij patiënten met lichte tot matige nierfunctiestoornissen.
AZARGA is niet onderzocht bij patiënten met ernstige nierfunctiestoornissen (creatinineklaring < 30 ml/min) of bij patiënten met hyperchloremische acidose (zie rubriek 4.3). Aangezien brinzolamide en zijn belangrijkste metabolieten voornamelijk via de nieren worden uitgescheiden, is AZARGA gecontraïndiceerd bij patiënten met ernstige nierfunctiestoornissen (zie rubriek 4.3).
Voorzichtigheid is geboden als AZARGA wordt gebruikt bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis (zie rubriek 4.4).
Wijze van toediening
Voor oculair gebruik.
Patiënten moeten de instructie krijgen het flesje vóór gebruik goed te schudden. Na verwijdering van de dop, moet de veiligheidsring, als deze los is, worden verwijderd voor gebruik van het geneesmiddel.
Om besmetting van de druppelteller en de suspensie te voorkomen, moet er op gelet worden dat de druppelteller niet in contact komt met de oogleden, het omringende gedeelte of andere oppervlakken. Instrueer patiënten het flesje goed te sluiten wanneer het niet wordt gebruikt.
Indien meer dan één topisch oftalmisch geneesmiddel wordt gebruikt, moeten deze geneesmiddelen met een tussenperiode van minimaal 5 minuten worden toegediend. Oogzalven moeten als laatste worden toegediend.
4.3 Contra-indicaties
- Overgevoeligheid voor de werkzame stof(fen) of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstof(fen).
- Overgevoeligheid voor andere bètablokkers.
- Overgevoeligheid voor sulfonamiden (zie rubriek 4.4).
- Reactieve luchtwegaandoeningen waaronder astma bronchiale of een anamnese van astma bronchiale, of ernstige chronische obstructieve longziekte.
- Sinus bradycardie, sick-sinus syndroom, sino-atriaal blok, tweede‑ of derdegraads atrioventriculair blok niet gereguleerd door een pacemaker. Manifest hartfalen, cardiogene shock.
- Ernstige allergische rhinitis
- Hyperchloremische acidose (zie rubriek 4.2).
- Ernstige nierfunctiestoornissen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
In klinische studies waren de meest gerapporteerde bijwerkingen wazig zicht, oogirritatie en oogpijn, die optraden bij ongeveer 2 tot 7% van de patiënten.
Samenvatting van de bijwerkingen in tabelvorm
De volgende bijwerkingen zijn gemeld tijdens klinische studies en postmarkeringcontrole met AZARGA en de afzonderlijke bestanddelen brinzolamide en timolol. Ze zijn gerangschikt volgens de volgende conventie: zeer vaak (≥1/10), vaak (≥1/100, <1/10), soms (≥1/1.000, <1/100), zelden (≥1/10.000, <1/1.000), zeer zelden (<1/10.000), of niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). Binnen iedere frequentiegroep worden bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst.
Systeem/orgaanklasse | MedDRA voorkeursterm (v. 18.0) |
Infecties en parasitaire aandoeningen | Niet bekend: nasofaryngitis3, faryngitis3, sinusitis3, rinitis3 |
Bloed- en lymfestelselaandoeningen | Soms: verlaagde witte bloedceltelling1 |
Immuunsysteemaandoeningen | Niet bekend: anafylaxie2, anafylactische shock1, systemische allergische reacties waaronder angio-oedeem2, gelokaliseerde en gegeneraliseerde uitslag2, overgevoeligheid1, urticaria2, pruritus2 |
Voedings- en stofwisselingsstoornissen | Niet bekend: hypoglykemie2 |
Psychische stoornissen | Zelden: insomnia1 |
Zenuwstelselaandoeningen | Vaak: dysgeusie1 |
Oogaandoeningen | Vaak: keratitis punctata1, wazig zicht1, oogpijn1, oogirritatie1 |
Evenwichtsorgaan- en ooraandoeningen | Niet bekend: vertigo3, tinnitus3 |
Hartaandoeningen | Vaak: hartfrequentie verlaagd1 |
Bloedvataandoeningen | Soms: verlaagde bloeddruk1 |
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen | Soms: hoesten1 |
Maagdarmstelselaandoeningen | Niet bekend: braken2,3, hoge buikpijn1, buikpijn2, diarree1, droge mond1, misselijkheid1, oesofagitis3, dyspepsie2,3, abdominaal ongemak3, maagklachten3, frequente ontlasting3, gastro-intestinale aandoening3, orale hypo-esthesie3, orale paraesthesie3, flatulentie3 |
Lever- en galaandoeningen | Niet bekend: abnormale leverwaarden3 |
Huid- en onderhuidaandoeningen | Niet bekend: Stevens-Johnson-syndroom (SJS) / toxische epidermale necrolyse (TEN) (zie rubriek 4.4), urticaria3, maculo‑papulaire uitslag3, generaliseerde pruritus3, strakke huid3, dermatitis3, alopecia1, psoriasisachtige huiduitslag of verergering van psoriasis2, huiduitslag1, erytheem1 |
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen | Niet bekend: myalgie1, spierspasmen3, artralgie3, rugpijn3, pijn in een extremiteit3 |
Nier- en urinewegaandoeningen | Soms: bloed aanwezig in urine1 |
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen | Niet bekend: erectiele disfunctie3, seksuele disfunctie2,verminderd libido2 |
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | Soms: malaise1,3 |
Onderzoeken | Soms: kalium in het bloed verhoogd1, lactaatdehydrogenase in het bloed verhoogd1 |
1 bijwerking waargenomen met Azarga
2 bijkomende bijwerkingen waargenomen met monotherapie met timolol
3 bijkomende bijwerkingen waargenomen met monotherapie met brinzolamide
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Dysgeusie (bittere of vreemde smaak in de mond na indruppeling) was een frequent gerapporteerde systemische bijwerking die in verband werd gebracht met het gebruik van AZARGA tijdens klinische studies. Het wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de passage van de oogdruppels in de nasofarynx via het nasolacrimale kanaal en is toe te schrijven aan brinzolamide. Nasolacrimale occlusie of het zachtjes sluiten van het ooglid na indruppeling kan helpen om de incidentie van dit effect te beperken (zie rubriek 4.2).
AZARGA bevat brinzolamide, een sulfonamideremmer van koolzuuranhydrase, die systemisch wordt geabsorbeerd. Effecten op het maagdarmstelsel, op het zenuwstelsel en hematologische, renale en metabole effecten worden gewoonlijk in verband gebracht met systemische koolzuuranhydraseremmers. Gelijksoortige bijwerkingen als die worden toegeschreven aan orale koolzuuranhydraseremmers kunnen voorkomen bij topische toediening.
Timolol wordt systemisch geabsorbeerd. Hierdoor kunnen vergelijkbare bijwerkingen optreden als bij systemische bètablokkers. De bijwerkingen die hieronder genoemd worden, bevatten de reacties waargenomen binnen de klasse van oftalmische bètablokkers. Bijkomende bijwerkingen die in verband worden gebracht met het gebruik van de individuele bestanddelen die mogelijk kunnen voorkomen met AZARGA zijn vermeld in bovenstaande tabel. De incidentie van systemische bijwerkingen na topische oftalmische toediening is lager dan na systemische toediening. Zie rubriek 4.2 om de systemische absorptie te verminderen.
Pediatrische patiënten
AZARGA wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen en adolescenten jonger dan 18 jaar vanwege een gebrek aan gegevens over veiligheid en werkzaamheid.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via:
België
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
www.fagg.be
Afdeling Vigilantie:
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg-afmps.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/08/482/001-002
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
18.12.2024
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2565885 | AZARGA COLLYRE SUSP. 3 X 5 ML | S01ED51 | € 31,01 | - | Ja | € 7,98 | € 4,75 |